Woordenlijst

Wetenschappelijke termen uitgelegd

ANTIBACTERIEEL

Een substantie die de groei van bacteriën tegenhoudt of vermindert en die de voortplanting ervan onderdrukt.

ANTIMICROBIEEL

Een substantie die de groei van micro-organismen tegenhoudt of vermindert.

ANTISEPTISCH

Een substantie die de groei van micro-organismen die ziekten veroorzaken tegenhoudt of vermindert.

BACTERIËN

Meervoud van bacterie. Onderdeel van een grote groep micro-organismen die celwanden hebben en ziektes kunnen veroorzaken. Bacteriën zijn, naast schimmels, ook verantwoordelijk voor ontbinding of bederf.

BENZYL ALCOHOL

Geurelement met conserverende eigenschappen.

BIOACCUMULATIE

De ophoping van stoffen, zoals chemische bestrijdingsmiddellen, in het milieu, planten of dieren.

CHEMICALIËN

Zuivere stof met een gelijke chemische samenstelling die enkelvoudig of samengesteld is.

CHEMISCH CONSERVEERMIDDEL

Een kunstmatige stof die door antimicrobiële werking de houdbaarheid van een product verlengt.

CHEMISCHE LANDBOUW

Het veel gebruik maken van chemische bestrijdingsmiddelen en kunstmatige mest om de oogst te vergroten.

CONSERVEERMIDDEL 

Een substantie die aan voedsel en andere producten wordt toegevoegd om het langer vers en houdbaar te maken.

DISPERSIE

Een mengsel waarin deeltjes van de ene substantie door een andere worden verspreid.

ECOSYSTEEM

Het complexe leefsysteem van en de wisselwerking tussen organismen en hun omgeving.

EMULSIE

Een type dispersie waarin druppeltjes van twee vloeistoffen chemisch met elkaar verbonden zijn, bijvoorbeeld een mengsel van olie en water (zoals mayonaise).

FORMULE

Een productsamenstelling.

FORMALDEHYDE

Een kleurloos, sterk ruikend gas dat als conserveermiddel wordt gebruikt. 

KUNSTMATIGE CONSERVEERMIDDELEN

Chemische stoffen die de houdbaarheid van producten verlengen.

LIJMACHTIG

Een dikke en plakkerige structuur.

METHYLPARABEEN

Een van de twee parabenen die Lush als cosmetisch conserveermiddel gebruikt. Methylparabeen is oplosbaar in water. 

METHYLISOTHIAZOLINONE

Antimicrobiële stof die als conserveermiddel in cosmetica wordt gebruikt.

MICROFLORA

De micro-organismen die in of op een levend organisme of in een bepaald gebied leven.

MICROBE/MICRO-ORGANISME 

Een eencellig organisme dat te klein is om met het blote oog te zien.

NATUURLIJK CONSERVEERMIDDEL

Ingrediënten uit de natuur die een product langer houdbaar maken, zoals zout en honing.

ONTBINDING

Het proces van bederf veroorzaakt door schimmels en bacteriën. Dit speelt een grote rol in het ecosysteem van gerecyclede voedingsstoffen: ontbinding breekt complexe, biologische stoffen af en zet ze om in simpelee stoffen die nodig zijn om te kunnen leven.

OSMOSE

Een proces waarbij watermoleculen bewegen van een oplossing met weinig of zonder zout door een dun vlies naar een zoute oplossing.

PARABEEN

Een synthetisch, chemisch conserveermiddel dat helpt een product langer vers te houden.

pH

Een maat om de zuurgraad van een oplossing aan te geven. O is het meest zuur, 7 is neutraal en 14 is het meest basisch.

PHENOXYETHANOL/2-PHENOXYETHANOL

Een kunstmatig conserveer-middel dat producten langer houdbaar maakt. 

PROPYLBARABEEN

Een van de twee parabenen die Lush als conserveermiddel gebruikt. Methylparabeen is oplosbaar in olie.

SCHIMMELS

Een groep organismen die zich voedt met biologisch materiaal en zich voortplant door middel van sporen. Voorbeelden zijn schimmel, gist en paddestoelen.

STABILISATOR

Een stof die de scheiding van mengsels en emulsies voorkomt.

SYNTHETISCH 

Een kunstmatig gemaakte substantie.

VOEDSELKETEN

De relatie tussen organismen in hun natuurlijke leefgebied en hun eetgewoonten. Zo worden de kleintjes gevoed door de groteren.

VRIJ WATER 

Water dat chemisch beschikbaar is voor micro-organismen.

WATERACTIVITEIT

De aanwezige hoeveelheid  vrij water in een product.

WATERGEHALTE 

De hoeveelheid water in  een substantie.

WATERIG

Gemaakt van of bestaand  uit water

ZELFCONSERVEREND

Een ingrediënt of formule die vakkundig in balans is gebracht en die gebruik maakt van natuurlijke conserveermiddelen om zichzelf schoon te houden.

ZUUR

Een lagere pH-waarde dan 7 (citroensap en azijn zijn zuren).